Sinds Lombroso in Genio e follia in 1864 beweerde dat de scheidslijn tussen gek en geniaal maar dun is, is deze opvatting gemeengoed. We kijken er dan ook niet vreemd van op dat grote schrijvers niet alleen in hun werk, maar vaak ook in hun gedrag van zich doen spreken.
Is het geheim van de kunstenaar door de opvatting van Lombroso ontsluierd? Zeker niet. Een groot werk is zonder twijfel bijzonder en vrijwel altijd is de maker ervan ook bijzonder, maar men moet niet vergeten dat het geniale werk tot mythevorming rondom de auteur leidt. Geen biograaf kan die mythevorming omzeilen.
Wat biografieën interessant maakt, is niet de innerlijke ziel van de schrijver, maar zijn gedrag in bepaalde omstandigheden en zijn ideeën over kunst, emoties en de wereld. In een aantal gevallen schemert daar, naast genialiteit, toch ook gekte doorheen. De 21 biografische schetsen van schrijvers die hier zijn verzameld, vinden hun oorsprong in een nieuwsgierigheid naar de vermeende psychopathologie van de kunstenaar.