Boeken over protocollaire behandelingen
Alle online protocollen
De standaard psychologische behandelingen zijn nu afzonderlijk beschikbaar gemaakt voor online gebruik. Zo heb jij de best onderzochte behandelingen altijd bij de hand!
Hoezo, niet protocollair behandelen?
Protocollaire behandelingen bestaat 20 jaar en viert dat met een geheel vernieuwde editie. Het is prachtig om te zien hoe dit handboek in die tijd is uitgegroeid tot een vuistdik standaardwerk voor behandelaars in de ggz. De achterflap maakt melding van maar liefst ‘29 compleet uitgewerkte psychologische behandelingen voor veelvoorkomende psychische stoornissen’. Daarmee is protocollaire behandelingen wat mij betreft één van de belangrijkste gereedschappen van de hedendaagse behandelaar, en misschien wel het belangrijkste ggz-boek van 2017.
Pleidooi voor bewezen effectieve behandelingen
Niemand zal de drie kloeke delen van kaft tot kaft lezen, en daar zijn ze dan ook niet voor bedoeld. Voor het inleidende eerste hoofdstuk ligt dat anders. Daarin wordt een genuanceerd, maar krachtig en overtuigend pleidooi gehouden voor het gebruik van empirically supported treatments (EST’s) (‘Verreweg de meeste EST’s bestaan uit cognitieve gedragstherapie,’ kan ik niet nalaten eruit te citeren). Aan bod komen onder meer de ontstaansgeschiedenis van het fenomeen EST, de bezwaren en twijfels van sommige behandelaars bij protocollaire behandelingen, de manier waarop protocollaire behandelingen moeten worden uitgevoerd (‘Niet naar de letter, maar naar de geest’) en het belang van training en begeleiding of supervisie.
Schijntegenstellingen in de klinische psychologie
De bezwaren en twijfels bij protocollaire behandelingen worden in dit eerste hoofdstuk stuk voor stuk weerlegd. Dat hoeft hier niet overgedaan te worden, maar brengt mij bij een fundamenteler punt: het hele onderscheid tussen wel of niet protocollair behandelen, is een schijntegenstelling. Ga maar na: elke vorm van behandeling, of het nu gaat om gedragstherapie, cognitieve therapie, psycho-analytische therapie, integratieve therapie, of zelfs placebo-therapie, kent haar voorschriften over wat wel te doen en wat niet. En is daarmee dus geprotocolleerd. Een uur lang zwijgen en luisteren is ook protocol. Natuurlijk zijn er verschillen in de mate van protocollering, maar zoiets als ‘niet protocollair’ behandelen bestaat eenvoudigweg niet (net zomin overigens als een psychologische behandeling volledig protocollair kan zijn). Dat kán ook niet, of althans: een werkelijk niet protocollaire behandeling zou zich per definitie ook niet laten beschrijven, onderwijzen of op andere manieren overdragen. En daarmee zijn bezwaren tegen protocollair behandelen in feite onzin.
Een schijntegenstelling dus, zoals de klinische psychologie er wel meer kent. Bijvoorbeeld de vraag of psychodiagnostiek wel of niet zinvol is. Flauwekul. Psychotherapie of psychologische behandeling zonder diagnostiek kan niet, al was het maar om te weten welk behandelprotocol je van de plank moet halen. Daarvoor moet je op z’n minst weten van welke stoornis, klacht of probleem er sprake is, en dus diagnostiek bedrijven. Ook hier gaat het om de mate van diagnostiek die zinvol is, maar zijn bezwaren tegen diagnostiek als zodanig onzin.
En we sluiten af met een gouwe ouwe: gedragstherapie gaat alleen over het hier en nu, en psycho-analyse alleen over het verleden. Onzin. De (vroege) leergeschiedenis speelt een belangrijke rol in de gedragstherapie, en in de psycho-analyse speelt bijvoorbeeld de (tegen)overdracht zich real time af.
Doen wat werkt
Zijn dit soort schijntegenstellingen en karikaturen erg? Misschien niet, maar wel als ze de aanleiding vormen voor zinloze discussies en allerlei ‘gedoe’. Erover rollebollen kost veel tijd en energie en schaadt het aanzien van het vak en het veld. Doen wat werkt in het belang van de patiënt en zijn of haar naasten, daar gaat het om. En daar legt dit boek opnieuw een uitstekende basis voor.
Dr. A.A.P. (Arnold) van Emmerik is psycholoog en cognitief gedragstherapeut. Hij werkt als onderzoeker en docent aan de Programmagroep Klinische Psychologie van de Universiteit van Amsterdam. Daarnaast is hij voorzitter van de Vereniging voor Gedragstherapie en Cognitieve Therapie (VGCt) en van de Stichting Tijdschrift voor Gedragstherapie en lid van het bestuur van p3nl.
Dr. A.A.P. (Arnold) van Emmerik is psycholoog en cognitief gedragstherapeut. Hij werkt als onderzoeker en docent aan de Programmagroep Klinische Psychologie van de Universiteit van Amsterdam. Daarnaast is hij voorzitter van de Vereniging voor Gedragstherapie en Cognitieve Therapie (VGCt) en van de Stichting Tijdschrift voor Gedragstherapie en lid van het bestuur van p3nl.