Meer sociale cohesie helpt tegen obesitas

Emotioneel eten: belangrijke voorspeller voor overgewicht
De toename in overgewicht en de toename in angst kunnen samenhangende fenomenen zijn, waarbij emotioneel eten het verbindende element is. Bij de preventie van overgewicht, zo stelt Tatjana van Strien, moeten we daarom ook denken aan maatregelen die de sociale cohesie bevorderen in plaats van alleen maar de gangbare Grote Twee: meer bewegen, minder eten.
‘Er mag wel iets vanaf.’
Dat hoor je vaak als mensen het hebben over hun eigen lichaamsgewicht. In een representatieve Nederlandse steekproef vroegen onderzoekers nog zeer onlangs naar het feitelijke lichaamsgewicht en het streefgewicht van de personen (Van Strien, Herman & Verheijden, 2012). Bij ongeveer tachtig procent lag het streefgewicht lager dan het feitelijke gewicht, met een piek bij een gewenst gewichtsverlies tot vijf kilo. Op de vraag ‘Ik lijn’ met als antwoordmogelijkheden ‘nooit’, ‘soms’, ‘regelmatig’ en ‘vaak/altijd’ antwoordde zo’n veertig procent van de vrouwen nooit aan de lijn te doen. Bij de mannen was dat percentage aanzienlijk hoger, namelijk ruim zestig procent. Ongeveer zestig procent van de vrouwen deed dus soms tot altijd aan de lijn.
Lijnen werkt
De vraag is vervolgens: heeft al dit gelijn ook het gewenste effect? En vooral: wat is het effect op de langere termijn? In de volksmond staat ‘aan de lijn doen’ weliswaar gelijk aan afvallen en vermageren, maar in de wetenschap geldt lijnen als tamelijk controversieel. Volgens de nieuwe Richtlijnen Behandeling van Overgewicht uit 2008 leidt een vermageringsdieet tot gemiddeld drie kilo blijvend gewichtsverlies.
Of toch niet?
Critici zetten hier vraagtekens bij. Zij stellen dat lijnen zelfs averechts kan werken en een belangrijke oorzakelijke factor is bij gewichtstoename en mogelijk ook eetstoornissen. Wie heeft er gelijk?
In De Psycholoog stelt Tatjana van Strien dat therapie zich moet richten op sociale cohesie. Van Strien is als universitair hoofddocent verbonden aan het Institute for Gender Studies en het Behavioural Science Institute van de Radboud Universiteit Nijmegen. Zij is als bijzonder hoogleraar Psychologie van Eetstijlen verbonden aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Van haar hand verschenen o.a. Afvallen op maat en de Nederlandse Vragenlijst voor Eetgedrag (NVE).